Seven Travair eo zijne vrouwe staat tegen dat er nog een liberaal der op zou willen weêrekeeren. 'k zal hem eens probeeren. En Reusje schudde zijne crinoline, en t sloeg zijn kleed uit de plooien, en t stampte met zijn scherfaatjes genoeg om t plankiet te doen bersten, enen 't vielen een... twee... drie... tot tien puppen op den grond!!!! Vokketikabok, sprak Reusjeen de tien puppen veranderden in tien klabonterman netjes, met e!k een blauw kazaksje aan, en een roovliezen spanbroeksje en een groen gileetje... 'k Stond er stom van. Maar Reusje sprak voort 't Blauw kazaksje, 't is 't liberalismus, of beter 't radicalismus 't roodbroeksje, 't is 't socialismus... Raad 't groen gileetje. 't Groen gileetje, 't is zeker d'hoope, ant woordde ik. Ja, ging Reusje voort, de hoop in de toe komst ge weet wel, datte daar die stond op den vendel van de manifestatie. De kaboutermannetjes kwamen in tus- scken tijd in leven. Ze begonnen te dansen in ronde en te sprigengelijk marionetten. Ze wierden van stouter tot stouter, zoo stief dat ze Reusje zelve durfden geus heeten. Rensje zweeg. Maar degeslepte mannetjes deeden voortze tierden en basten op paters en nunnen, meest tegen de witte cornetten van Vrankrijk. 't Was van a bas Colaert et Struye van vive Nolf et Brunfaut van weg met dat papenras en van 't ongedierte der papen Reusje liet ze nog altijd voort fouteren en spooken, eerst zoo onverschillig als een stee- nen meur waartegen men zou gaanloo- pen. Maar als 't eindelijk begon zwartte kij ken met zijne vierschietende oogen, de kla- boutermannetjes wierden stilderze zweegen van papen en kaloten, en om Reusje te be daren 't kwam fijn kwaad,zebegonnen te zingen Reusje komt de Thorrepoorttn.. Reusje werd woedend. Ja, zei 't, ik de Thorrepoort in en gijder de Thorrepoort uit. En 't nam ze een voor een tusschen zijn vinger en duim, stelde ze op de steenplate, en, met een trek va.n zijn beesme, smeet ze dat ze vlogen tot in 't wieltje water. Reusje haalde dan zijn beurzeneusdoek uit.... 't en was geen neusdoek maar, met permissie, 't snoot zijn neus.., in den vende van de toekomst, die ook buiten vloeg, en den beesme er achter. 'K kwam wakker van klare lachen, 'lt Hadde gedroomd en niet gedroomd. De klaboutermannetjes zijn verdronken, den vendel is in honderd flenters en den beesme is gebroken in tien stikken. 't En is geen jammer, zelve van den bees me nietReusje heeft geen meer noodig. Kekent en telt de meters riolen in 50 jaar door de lib ralen gelegd; 500 meters Endoor de katholieken in 12 jaar 6127 meters Gouw Seven, gen gaat toch niet blijven slapen zeker Fiete potver.. laat me gerust -MaarSeven, ter liefde Gods!!! Vier weken slapen aan stuk.... [Zijne oogen vrijvende) Is er entwat te strijken, Fie Te strijken Wel noppertje toch 'T is uitgestreken.... rat uit Hoe, 'tis uitgestreken En ge laat me daar liggen lijk een ronkende kalf terwijl de andere bun herte ophalen en strijken... strijken. Seven, strijken en is niet opstrijken, en van twee een, 't is nog beter slapen dan dwaasbeden doen en zijn vingers besmeu ren... Verzoetende) Fietje, zeg ne keer, wat is er nu al gebeurd binst datk mijn tuksje dêe Gebeurd 1 [Schoeljachtig lachende Ehwel, Seven, 'k zal 't ugaan zeggen in twee woorden. Uwe geuzebasjes hebben gezorgd voor de belangen van stad a la bon heur Sofietje, daaraan erken ik mijne oude matjes... [Spottende) Primoals de kaloten hier gingen feeste geven, eene der schoonste, der talrijkste, der deftigstekoorzangmaatsckap pijen, naar Yper vroegen, uwe geuzebasjes hebben de schoen van hunne voeten geloo- pen om ze te doen t' buis blijven. Hê Om ze te doen t huis blijven zeg ik Die vreemde beeren en damen moesten eten, drinken, verblijven, verteeren... en 'twas altijd bate voor iemand.... maar uwe geuze basjes vonden dat de Yperlingen dat al te gare.... Hê?... Konden missen.... ze zijn immers t Y- persch volk genegen... Hê 'K ga subiet gaan vragen aan Gusten of het waar is Minuutje, Seven.... en zijt zoo duive- linne haastig niet.... Secundo... de strijkers.... uit klare gene genheid voor 'tYperschvolk... zijn den zelf den dag hunne centen gaan verteren naa Roesselaere.... Hê Lijk of ik zegge Seven.... Tercio. Volgende Zondag, nog altijd uit klare genegenheid voor d'Ypersche neringe en voor den verkoop bij"t" Ypersck volk, die zelfde basjes zijn hunne centen gaan vertee ren naar Brugge.... Pot... ver... Fie ge liegt, dat ware uit zinnig Lijk of ik u zegge, Seven.... En alzoo hebben ze voortgedaan Seven.... allezonda- ge en alle dage, tot vandage 18n October.... niets anders uitkramende dan d bas la ca lotte net lijk of ne mensck daarmêe zijnen buik zou kunnen vullen En z'en zullen zelve de Yperlingen niets jeunen voor het maken van hunne buizen ze zijn gecommandeerd te Scharbakkein blek, voor den goedkoop.... Pot... Pot... verduivekote Fie, geef mij de lanteern Often ware dat ze zouden in chocola zijn, om ze te kunnen in familie opeten ten koste van Serafien... [Woedende.) Fie geef mij de lanteern Eene stemme buiten Leve Colaert en hij mag er wezen Fie wat is dat Horkt Seven... 't kariljon speelt Reusje

HISTORISCHE KRANTEN

Nieuwsblad van Yperen en van het Arrondissement (1872-1912) | 1903 | | pagina 28