Een tweede woord
van Reusje
aan zijne lievelingen
de werk menschen
het gelijk of men aan ChristusConfucius
MahomedBrahmaBoedha of Luther ge
looft.
Dus
Op 12n September schrijft het
Een der hoofdprinciepen van de libera
len is gewetensvrijheid.
Dat wil zeggen, de vrijheid van te denken
en te gelooven,ceen eeredienst aan te kleven
WELKE NAMEN" DEZE OOK MOGEN
DRAGEN.
Ten tweede .- 't Weekblad is TEGEN den
katholieken godsdienst Ja zelfs LOO
CHENT HET 'T BESTAAN VAN GOD
Wij moeten geen ander bewijs geven dan
dat artikel verschenen in Reusje, n 4. 't
Weekblad, in nummer van 20 september,
spot daar met de processiën en noemt zé
Karnavalstoeten^ooge^eid ingericht ter
eere Gods, ALSOF DE ONGEKENDE AI -
MACHT, DIE MEN GOD NOEMT, derge
lijke kinderachtige kluchtsgelen tot hare
vereering behoefde
Pouak
Is dat 't volkske
Weg met het goddeloos gespuis
Menschenfoppers achteruit
Uwe maskers moeten af, en zullen af.
Ge zult met Reusje te doen hebben
En Reusje zal desnoods uwe propere
lastertaal herinneren die gij tegen Sint Al-
phonsius uitgebrabbeld hebt, is 't verstaan
In plaatse van 't werkvolk uit te schelden
voor mestrapers, zoudt ge zelve beter doen
wat min in de vuiligheid te nestelen.
Reusje.
Mijn goeie vrienden, 'k zal u nog een
woordeke zeggen, omdat ge zoowel mijn
eerste schrijven gevolgd en verstaan hebt.
Ziet ge Had Reusje nu geen gelijk van
te beweren dat 't werkvolk een gezond ver.
stand heeft en een rechtschapen herte, en
dat ze, een keer dat ze klaar zien, recht
geven aan wie recht toekomt
Ge weet nog wel, nietwaar, dat Reusje u
vroeger gezeid heeft dat de politieke den dag
van vandage geen politieke meer en is, maar
nen strijd tegen God zelve
En ge hebt gezien dat 't alzoo is.
Al dat niet en deugt onder de rijken en
geleerden vallen uit tegen al dat goed is,
tegen God en kerke en priesters,tegen kloos-
teizusters en goê scholen,tegen al de brave,
katholieke menschen.
Dat ze redens hadden, 'k zou 't verstaan
maar ze en hebben geen.
'k Zou ook nog .verstaan dat ze nen keer
verschillen van gedacht over stoffelijke za
ken, hij voorbeeld, of de schole die moet
gebouwd zijn vier of vijf vensters moet heb
ben, tien of twaalf meters lang zijn, enz...
Maar 't en is alzoo niet
Ze zijn tegen de goê menschen, tegen de
priesters en de katholieken, omdat de die
GOED zijn in andere woorden ze doen
kwaad om kwaad te doen.
En zoo komt het dat ze God zelf beschim
pen en belasteren, gelijk gij in m 4 van
Reusje hebt kunnen lezen.
Bemeket wel
dat Reusje hier spreekt van de hoofdende
kopstukken onder de liberalen.
't Is anders gelegen met 't werkvolk,
'k Weet ik wel, er zijnder onder de werk
menschen, zelfs onder de lezers van Reusje,
die ook somtijds uitgevallen hebben tegeé
Godsdienst en papen en kaloten.
Maar dat en is niet juiste 't zelfste...
Ziet wel dat Reusje 't werkvolk kent en
geerne ziet.
Hoe en is dat 't zelfste niet?
Omdat de rijke kopstukken dat doen we
tens en willens, meestal uit loutere kwawil-
ligheid, omdat ze opperwaard uit zijn tegen
God en godsdienst en godsdienstige men
schen.
Integendeel de werklieden en zijn daar
niet tegen, en als t gebeurt dat er eenige
nen keer meêklappen, t is omdat ze verblind
en verleid geweest zijn door de liberale kop
stukken.
Jamaar, 't is zulk duivelsvolk, peis-je
Enèe, 't is alzoo
Reusje beweert dat er geen een werkman
tegen de priesters en de goê katholieken en
is, en dat ze geen redens en hebben ook
G hebt dat wel verstaan, niet waar
Reusje
gaat u vandage nen keer toogen dat er nie
mand onder u tegen de nunnen en de chris
telijke scholen en is ter contrarie, ge ziet
allemaal de nunnekes fraai geerne... en ge
meugt ook
En pertank er zijnder onder u die wel nen
nen keer zouden durven roepen dertegen, en
nen keer uitvallen, in d'herhergen...
Maar dat en is hun gedacht niet.
Hoe komt dat ton
Altijd dezelfde historie.
Ze ên opgemaakt geweest... en ze kennen
hun liedje van buiten.
Is 't alzoo niet
Algelijk, als 't mis is, en "t is mis
ze meugen niet voortdoen
Dat is klaar, eh Als de mensch nen keer
ziet dat hij gemist heeft, wilt hij verstandig
zijn, hij zal veranderen... Dat ware toch te
dom van te zeggen 'k ben mis, maar 'k ga
algelijk voortdoen.
Ewel, ze gaan zijder ook veranderen, ach
ter 't geene da 'k ga zeggen.
't En is wel geen nieuws, maar lijk Reusje
den anderen keer zeide, ze en hebben er nog
niet vele op gepeisd, met dat ze altijd op
hun werk zijn.
Maar 'k wete ik wel dat ze een half uurke
zouden uitsplijten om Reusje te lezen
Leest nu aandachtig 'k zal 't kort trek
ken.
Ge kent de Lamotjes, is 't geen waar
Zegt e keerzou-je gijder daarmeê ge
diend zijn dat. de Lamotjes moesten wegge"
jaagd worden V
En ai de andere nunnen die hen bezighou
den met de kleine kinders, zoudt ge dedie
willen zien wegbustelen
En uwe vrouween uwe kinders wat zouden
zij ervan zeggen?....
Jamaar, zegt gij, 't is klaar 't En is geen
een werkman die dat begeert, 't Schilt vele
bovendien I
t Is al da 'k moeste weten GiJ houdt
aan de nunnen, en ge hebt gelijk 1
Waar wilt ge komen daarmeê, zegt ge,
nietwaar