20* Jaar, Nr 43 20 Januari 1940
20' Année, N" 43 20 Janvier 1940
Weekblad
voor het Arrondissement Yper
Joarnal hebdomadaire
de l'Arrondissement d Ypres
EEN NIEUW ALARM
HET VRAAGSTUK DLR
BEVOORRADING IN BELGIË
YPERSCHE
LA RÉOION
D'YPRES
Beheer, Opstel en Aankondigingen 34, Boterstraat, 34, YPKR
Abonnement21 fr. 00 per jaar Buitenland 32 fr.
Men kan inschrijven in alle Belgische postkantoren.
lel. >00
40 ct. het nummer
Naamlooze artikels geweigerd
Redaction Administration et Publicité 34, rue au Beurre, YI'RES.
Abonnement 21 fr. 00 par an Étrangei 32 fr.
On peut s'abonner dans tous les bureaux de poste Beiges
40 ct. Ie numéro.
Les articles non signés sont refuses
Fél. .»ta>
Na de onrustige dagen van 10 en 11 November
11. heeft ons land Zondag laatst opnieuw angstige
uren beleefd.
Verleden week Vrijdag deelde het Ministerie
van Nationale Verdediging het volgende bericht
medeVreemde vliegtuigen hebben opnieuw
van de gunstige weergesteltenis gebruik gemaakt
om het Belgisch grondgebied op grcote hoogte
te overvliegen Dit bericht deed dus uitschijnen
dat deze overvluchten niet het gevolg waren van
een vergissing der piloten noch van een of ander
feit dat hen van hun te volgen weg had doen af
dwalen, maar wel van opzettelijke en voorbe
dachte schendingen van onze onzijdigheid.
Nog scmmige andere feiten waren aan het op
merkzaam oog van velen niet ontsnapt en Zater
dag reeds werden we gewaar dat er opnieuw iets
niet in den haak was. Men had zich niet bedro
gen, want nog denzelfden dag, in het gesproken
dagblad van 's avonds, kondigde de radio aan dat
al de met verlof zijnde militairen aanstonds
hunne eenheden moesten terug vervoegen.
En den Zondag morgen verschenen de blauwe
plakbrieven van de faze D cp de muren en wa
ren de nieuw opgeroepenen reeds van heel vroeg
in den morgen in 't bezit gesteld van het bevel
tot vervoeging. Het duurde dan ook niet lang of
deze nieuwe mobilisatie was overal gekend en,
aooals vroeger reeds in dergelijk geval, waren de
spanning en de angst gedurende enkele uren op
hun hoogtepunt.
Allerhande gissingen werden gemaakt, zelfs
werden onrustwekkende geruchten, zooals van al-
gemeene mobilisatie, rondverspreid, doch al deze
veronderstellingen en ophefmakende nieuwsjes
werden gelukkiglijk spoedig gelogenstraft, en
reeds in den namiddag trad eenige ontspanning in.
Aan de statie echter heerschte om zeggens
gansch den dag een ongewone drukte van ver
trekkende militairen en weer kenden wij daar die
droevige afscheidstooneelen.
Nu dat opnieuw het ergste voorbij is en we den
toestand weer wat kalmer kunnen inzien, weten
we nog niet wat tot het besluiten dezer nieuwe
legerversterking heeft kunnen aanleiding geven.
Wel worden hier of daar in de dagbladen ver
onderstellingen gemaakt, doch de bevoegde mid
dens weigeren eiken uitleg te geven. Is het tenge
volge van het schenden van ons grondgebied door
vreemde vliegtuigen, of tengevolge eener drei
gende troepenverplaatsing aan onze grenzen
Niemand van ons die het met zekerheid weet en
zelfs in andere landen, waar men over het alge
meen goed ingelicht schijnt over hetseen hier bij
ons gebeurt, was men heel verwonderd over de
genomen maatregelen van Zrndag en oordeelt
men dat er niets bestaat dat ze verrechtvaardigt.
Wij echter gelooven niet dat deze maatregelen
lichtzinnig genomen werden en.alhoewel het voor
onze geruststelling misschien beter ware ze te
kennen, mogen wij ervan overtuigd ziin dat de
reseering en de militaire overheid gewichtige re
denen hebben die hun ontreden ten volle wetti
gen. Deze maatregelen, hoe pijnlijk en lastig ze
ons ook vallen, zijn een bewijs van den vasten wil
van cns land om zich tegen elke aanranding te
verzetten.
Zoolang de oorlog nabij onze grenzen woeden
sal, zullen wij om zegaens nooit meer ten volle
gerust moffen ziin. en ongetwijfeld moffen wij ons
roff aan krit'sohe oseenblikVen verwachten, doch
het ordewoord weze kalm blijven en betrouwen
hebben in onze regeerders, in onzen koning die
veeds zooveel bewijzen geleverd hebben van hUn
vurige begeerte ons land van een nieuw onheil te
sparen.
De Heer A. Delfosse, de toenmalige minister
van Bevoorrading, heeft den 19 December laatst
leden, voor de Handelskamer van Brussel, een
voordracht gegeven over de belangrijke kwestie
der bevoorrading van ons land.
De Heèr minister heeft er op eenvoudige, klare
manier de werking, de taak en het doel van zijn
departement beschreven en zijne uiteenzetting
over dit nog steeds z:o actueel gebleven vraag
stuk bevat zooveel interessante gegevens en nut
tige inlichtingen, dat wij niet geaarzeld hebben,
ten behoeve onzer lezers, de vertaling té doen van
die voordracht van den Heer Minister Delfosse,
zooals zij verscheen in het nummer van 30 De
cember 1939 van het Bulletin Officiel de la
Chambre de Commerce de Bruxelles
Wij geven hieronder, met de toestemming van
den Heer Minister Delfosse, waarvoor wij hem
hier onzen oprechtsten dank betuigen, deze ver
taling die aan -den Heer Minister onderwerpen
werd en ons door den Heer J. Basyn, zijn kabi
netsoverste, herzien en verbeterd teruggezonden
werd.
INLEIDING
Den 2n September 1939 is België in een nieuw tijdperk
getredende oorlog woedt rondom ons met al de be
roeringen die hij met zich sleept in 's wereld's ekonomie.
De voornaamste taak van het Gouvernement is, de
nationale onafhankelijkheid te vrijwaren, en, zoo mo
gelijk, den vrede van het land.
Om daarin te gelukken is een steTk leger noodig de
militaire vraagstukken beheerschen terecht al de andere.
Om een sterk leger te bezitten, is niet alleen een goe
den financieelen toestand noodig, met een zoo bedrijvig
mogelijke ekonomie, maar ook een goed moraal.
De moraal hangt niet alleen af van psychologische
elementen maar ook van zekere stoffelijke voorwaar
den namelijk van een voldoende voeding.
In geval van oorlog, dient een land z.ch om drie
hoofdzakelijke vraagstukken te bekommerenstrijden,
het geld vinden om de onkosten van den oorlog te be
talen, 's lands bevoorrading verzekeren.
Indien, Goddank, België op het hu.dige oogenblik nog
in geen staat van oorlog vertoeft, moet het niettemin,
om zijne onafhankelijkheid te behouden, zijne finan-
cieele en bevoorradingsvraagstukken oplossen.
't Is dit laatste punt dat ik vóór u zal onderzoeken.
HET HISTORISCHE VAN HET DEPARTEMENT
De studies sedert enkele jaren gedaan, in het voor
uitzicht van de mobilisatie der natie, hadden doen be
sluiten tot het oprichten, in geval van mobilisatie, van
een departement van Bevoorrading. Zoo werd bij het
besluit van 1 Mei 1939, in geval van oorlog, het stichten
voorz:en, in het Ministerie van Ekonomische Zaken, van
een Departement van Bevoorrading en Hulp aan de
Burgerbevolking.
Een koninklijk besluit van 3 September richtte dit
Departement op tot een onafhankelijk ministère van
Bevoorradinggenoemd. Dit Ministerie samengesteld
op papier, had noch lokaal, noch beambten. De dienst-
vaard:ghe:d van het ministère van Ekonomische Za
ken verschafte de lokalen (Wetstraat 63, en Jacques
de Lalaingstraat). Op uitzondering na van den kom-
mandant Mathieu. den algemeenen sekretaris aan wien
ik een schitterende hulde wil brengen daar hij deel
genomen heeft aan al de studies in zake de mobffisatie
der natie werd het personeel van het Departement, aan
verscheidene ministeries ontleend E>onomis"he Zaken,
Financiën, Landbouw, Arbe'd en Volksgezondheid.
Een nogal tamelijk uitgebre'd kader werd voorzien,
doch er werd slechts tot een gedeeltelijke werving over
gedaan. Het getal zal aaneevuld worden naarmate de
noodwendigheden, hetzij door ontleening aan andere
Departementen, die tengevo'ge der mobilisatie nr'pder
werk hebben hetzij door het engaeeeren van t'jdeli'ke
affenten, aangeworven door het vaste Wervingssecreta
riaat.
Benevens het ko-os der beambten, bevat het M:n;ste-
rie van Bevoorrading, een Nationale Comirv'ss'e van
Bevoorrading, en gewestelijke en gemeentelijke comi-
te:ten. De Nationale Commissie staat den Mmister bij
in zijn aleemeene werkzaamheden zij vergadert iedere
week te zamen met de beambten der verschil'ende Dien
sten. ze neemt werkelijk deel aan het leven van het
Deoartement, dat ze door haar technische wetenschap
voorlicht.
Ik duid het mij ten plicht hulde brengen aan haar
beroepswaarde, aan haar toewijding en aan haar vol
ledige onbaatzuchtigheid.
De gewes.enjKe comueiten, voorgezeten door de Gou
verneurs, zuilen de rol der Nationale Comm.ssie vervul
len bij het Hoofd der provincie. Zoo ook zui-en de reg-o-
na.e en lokale comiteiten, onder het voorzitterschap van
den vrederechter van het kanton, of van een andere
personaliteit, of van den burgemeester, wanneer het
een gemeentelijk comite.t be.reft, hun aandacht vesti
gen op de m.sbruiken, en zullen hun de noodige maat
regelen voorstellen om deze te verhelpen. Deze Comitei-
ten zullen de tolk zijn van de bevolking tegenover de
Openbare Machten.
DE WERKZAAMHEDEN VAN HET DEPARTEMENT.
Het Departement van Bevoorrad.ng bevat een alge
meen Bestuur der Bevoorrading, een Algemeen Bestuur
van Hulp en Bijstand, een A.gemeen Bestuur van Ar-
be.d, dat zich bijzonderlijk met de werkloosheid bezig
houdt.
Ik zal niet spreken over den Bijstand noch over de
Werklooshe.d Deze twee Diensten zijn van overwegend
belangde eerste moet het moeilijke vraagstuk der
vluchtelingen oplossen, de tweede bestuurt den Nationa-
len Dienst voor Arbe.dsbem.ddelmg en Werkloosheid,
en handelt over al de op heden zoo ingewikkelde werk
nemersvraagstukken. zoo wat de vreemdelingen als wat
de Belgische arbeiders betreft. Maar het onderzoek van
hun werkzaamheden komt in deze voordracht niet voor.
Laten wij ons bepalen tot de werkzaamheden van het
Algemeen Bestuur der Bevoorrading. Zijne taak is de
voeding der burgerbevolking te verzekerenhet moet
de lijst der noodige produkten en voedingswaren voor
den mensch opmaken, en er de voldoening van nastreven
door kontaktneming met het ministerie van Buiten-
landsche Zaken en Bu.'tenlandschen Handel voor den
invoer, en met het ministerie van Ekonomische Zaken
en Landbouw voor de nationale opbrengst
Het algemeen Bestuur der Bevoorrading heeft insge
lijks voor taak, den binnenlandschen omloop, de ver
deeling en de prijzen der produkten en koopwaren van
eerste noodwendigheid te regelen.
De Diensten van het Departement zijn in dagelijksch
kontakt met de ministeries die met de ekonomie iets te
maken hebben. De samenwerking is verzekerd.
Sommigen hebben zich afgevraagd of het wel noodig
was een afzonderlijken Dienst der Bevoorrading te
stichten. Het voorbeeld van andere landen antwoordt
bevestigend. In Engeland is het ministerie der voeding
gesticht geworden den 9 Septemberin Frankrijk werd
bij besluit van den t September in het ministerie van
Landbouw een bi'zonderen Dienst voor de bevoorrading
samengesteldin Holland en in Zwitserland zijn spe
ciale Diensten voor bevoorrading ingericht geworden,
met een veel grooter staatskarakter dan bij onsin
Duitschland bestond deze dienst reeds van vóór den
oorlog.
Twee groote vragen beheerschen de ravitailleering van
een landde bevoorrading en de verdeeling.
DE BEVOORRADING
Laat ons de behoeften van België onderzoeken, de
stocks en de methoden die dienen gebruikt te worden
om de stocks aan de behoeften aan te passen.
De behoeften van het land in voedingswaren.
Z:j zijn niet gemakkelijk te bepalen De Diensten
hebben nochtans met de noodige stiptheid kunnen vast
stellen wat het land verbruikt
1° Wij weten wat het voortbrengt door de landbouw
statistieken.
2° Wi; weten wat het invoert door de Toldiensten en
vergunningen.
De voortgezette studies hebben niet kunnen le'den tot
een volstrekte stiptheid maar geven nochtans zeer be
langrijke inlichtingen. Ziehier eenige voor de meest
noodige produkten:
Tarwe: totale benoodigheden zoowjel voor de n'jver-
he'd (vervaardigen van bloem) als voor den landbouw
(2aa:?ng en veevoedsel) 1.460.000 ton
Nationale produktie485 000 ton
Invoer 975.000 ton
Aardapne'cntotale benoodigheden 3.400.000 ton
waarvan 1.680.000 ton voor het menscheliik verbruik en
1 720.000 ton voor de landbouwbenoodigheden (bijzonder
vo"r de voedin? der varkens en voor de planting.)
Daar de belgische produktie 3.320.000 ton bere'kt,
moeten 80 000 ton ingevoerd worden, die gebruikt wor
den voor de planting.
Vlee«oh onze benoodigheden350 000 ton
o"ze oroduktie 330.000 ton
onze invoer20.000 ton
E'ers en melk zijn in overmaat.
W:j voeren 150 millioen eiers uit en 250 ton vekonden-
see-de melk doch w:i voeren melk in poeder in, voor de
ve"vaard'gjr>g van chocolade.
Voor de vi®"h We handen van het buiten'and af voor
7.000 ton versrhe visch, 27.000 ton haring en 9.000 ton
vischkonserven.
(Zie vervolg vijfde bladzijde)