Concert et Soirëe Dansante 4 Tous les Dimanches au Café Bristol 29, Rue de Dixmude, Y P R E S. gedacht daarvoor een aanbesteding-prijskamp uit te schrijven. De groote kwestie is echter te weten of die waterleiding moet verlegd worden. Zoo ja, dan zal zulks in verschillige tijdstippen moeten gebeuren om den waterdienst niet te belemme ren, en dan zou de stad mogelijks ook een akkoord kunnen sluiten met de gasmaatschappij, die even eens hare 2.500 m. gasbuizen zal moeten verleg gen. De wegeniswerken worden aangevangen op het einde van Maart of in het begin der maand April aanstaande, zoodat er dus hoogdringendheid bestaat het verleggen der waterleiding uit te voeren, wil men later nog aan de buizen kunnen geraken. Mogelijks zijn er raadsleden die de vraag zullen stellen heeft de stad dit werk aan vaard De waterleiding werd gelegd in het jaar 1921 en de overname ervan werd daags vóór Allerheiligen van ditzelfde jaar aanvaard door een afgevaardigde van het ministerie in tegen woordigheid van een aannemer en, voor de stad Yper, niemand anders dan de werklieden. De sterkte der buizen werd beproefd op een pressing van zooveel atmosfeer. De stad moet er te dien tijde toch van het leggen der waterleiding kennis gehad hebben, gezien zij een perceel grond ge kocht heeft voor het oprichten van den water toren. Thans dienen wij het oordeel van den raad te kennen om te weten zoo dit werk moet uitge voerd worden. Indien wij het niet doen, dan zal de stad later verplicht zijn een gansch nieuwe leiding te leggen, daar wij aan de huidige buizen nooit meer zullen kunnen eens dat de weg in be ton zal gelegd zijn en wij dan ook niet meer, bij gebeurlijk waterverlies, zullen kunnen nagaan waar dit verlies zich bevindt, gezien, wanneer men de leiding openlegt, de te herstellen of te vernieuwen buis soms een heel eind verder ligt. Deze kwestie is hoogdringend en daarom zou ik aan den raad willen vragen dezen avond nog er over uitspraak te doen. Indien het werk moet uit gevoerd worden, dan zou men het Spoedig kunnen bestudeeren en een voorstel aan den raad voorleg gen om het ten goedkoopste mogelijk te laten uit voeren. M. Missiaen. Op de dagorde bemerk ik dat er een krediet aangevraagd is. Indien gij nu nog niet weet waaraan u te houden, hoe kunt ge nu dan reeds weten welk krediet ervoor zal noodig zijn. M. Delahaye. Volgens de schatting die ge daan werd zal, voor wat het aandeel der stad be treft, een krediet van 125.000 fr. meer dan vol doende zijn. M. Missiaen. Indien er een bestek opgemaakt werd, dan moet ge reeds weten op welke manier het werk zal uitgevoerd worden. M. Vanderghote. Vooraleer een bestek op te maken, moeten wij eerst t'akkoord zijn over het princiep van het al of niet uitvoeren van het werk. M. Missiaen. Volgens de dagorde is er geen kwestie van princiep, maar wel van een krediet. M. Vanderghote. Wanneer wij binnen eenige weken het bevel ontvangen de werken te begin nen, moeten wij nu eerst over het princiep be slissen om te weten wat wij alsdan moeten ant woorden of doen. In geval de raad ermede in stemt om het werk uit te voeren, moet men ook van nu reeds zorgen de noodige buizen aan te koopen, want het duurt wel zes weken tot twee maanden eer de buizen zullen geleverd worden. Het is dus opdat de raad er niet onwetend van zou zijn dat wij dit punt op de dagorde gebracht hebben. De zaak is dringend. Men had ze eerst kunnen onderzoeken vooraleer een krediet voor te stellen, doch de zaak duldt geen verderen uitstel meer en er moet dringend een beslissing genomen worden. M. Missiaen. Ik kan dien uitleg niet aanne men, want het is reeds minstens sedert zes maan den dat ik ingelicht ben dat de Dickebuschsteen- weg zal vernieuwd en dat de waterleiding zal moeten verlegd worden. M. Vanderghote. Wij hebben nu nog het plan niet der uit te voeren werken. M. Missiaen. Gij weet toch reeds sedert zes maanden dat de waterleiding zal moeten verlegd worden en nu, zonder den raad erover op voor hand in te lichten, zonder discussie, zouden wij al met eens een beslissing moeten nemen. Wij staan thans voor het feit dat de Staat de werken aan den Dickebuschsteenweg zal beginnen zonder onze beslissing af te wachten. Het is tengevolge uwer nalatigheid dat wij nu om zeggens het mes op de keel gezet worden. M. Vanderghote. Wij konden toch de studie van het werk niet doen zoolang wij de technische gegevens niet bezitten. Het is sedert maanden en maanden dat wij bij den Dienst van Bruggen en Wegen aandringen, en nu nog hebben wij het plan niet ontvangen. Het verleggen der water leiding biedt nochtans geen bijzondere moeilijk heden en het vergt ook geen zoo grondige studies dat het zoolang moet duren eer wij over het werk, dat door de gewone stadswerklieden zou kunnen uitgevoerd worden, ingelicht zijn. M. Missiaen. Indien de stad een gracht moest komen delven op mijn eigendom, weet ik wel dat ik het werk dadelijk zou doen stilleggen. M. Vanderghote. Naar het schijnt zal de waterleiding langs de velobaan mogen gelegd worden, doch wij weten nog niet waar de velo baan komt. M. Missiaen. Voor den oorlog lag de water leiding, naar hetgeen ik vernam, niet langs den zelfden weg als nu. Werd de mogelijkheid reeds ingezien om de waterleiding thans opnieuw dien zelfden weg te doen volgen M. Delahaye. En de watertoren dan M. Missiaen. Die kunt ge bij de leiding aan sluiten. Het is toch zeker geen kilometer ver M. Delahaye. Voor den oorlog lag de water leiding langs de beek. Thans ligt de waterleiding gedeeltelijk langs den linkerkant en gedeeltelijk langs den rechterkant der baan. Zal het gedeelte langs den linkerkant ook met beton bedekt wor den, wij weten het niet. Het is ons dus niet moge lijk een bepaald bestek op te maken zoolang wij geen plan bezitten. Als wij het plan der ontwor pen wegeniswerken zullen ontvangen hebben, zijn wij van meening een aanbesteding-prijskamp uit te schrijven. Wij zullen de oude buizen zoo veel mogelijk herbruiken en, naar ik meen, zul len wij enkel 1000 m. buizen noodig hebben om gansch het werk te doen. M. Vanderghote. Dit is bijzaak, de kwestie is thans te weten indien de raad t'akkoord gaat om het werk te doen uitvoeren. Thans reeds heb ben wij een belofte van krediet vanwege het de partement van openbare werken dat bereid is een tcelage van 115.000 fr. te verleen en. M. Missiaen. Wanneer de buizen na den oor log onder den steenweg gelegd werden, dan heeft men daarvoor ook de toelating van den Dienst van Bruggen en Wegen moeten hebben om de leiding in den steenweg te leggen. Het is dus niet alleen het Koninklijk Hoogcommissariaat, maar ook de Staat die in fout is. M. Seys. Ja, men weet hoe het te dien tijde ging en het is juist omdat de stad vroeger in dit werk niets te zien had dat ik tegen het verleggen der leiding geprotesteerd en gevraagd heb dat men zou aandringen ten einde het geheel en gansch van onzen rug te schuiven. M. Van Alleynnes. Niettegenstaande er nog geen studie gedaan werd, zou men nu reeds wil len dat wij een beslissing nemen. Het ware "beter eerst eens te onderzoeken zoo de waterleiding niet kan overgebracht worden naar de ligging waar zij vroeger lag op den eigendom der stad. Nu zult gij alles moeten openleggen op een andermans goed en zult gij ook verplicht zijn de velobaan te herstellen iedermaal dat gij aan de leiding zult gewrocht hebben. Hebt gij reeds prij zen gevraagd om te weten hoeveel de buizen per loopende meter moeten kosten Gij hebt voorze ker nog niet eens onderzocht zoo het wel noodig is de buizen uit te halen die er nu liggen Zal het mogelijk zijn dit te doen zonder de buizen te breken of te schenden Gij weet hoe moeilijk zulks is. Ik vind dat er een bestek moet opge maakt worden waarin geheel nieuw materiaal voorzien wordt, ten einde later dan niet bedrogen te zijn. Dan zouden wij het kunnen bespreken, terwijl wij nu niets weten. Het eenige wat men ons zegt, is dat het moet rap gaan. M. Lemahieu. Het ware voorzeker best de buizen te leggen op de plaats waar zij voor den oorlog lagen. Maar de watertoren, die zult ge zoo gemakkelijk niet kunnen verzetten. Daarbij zou men daarvoor een groot einde door bijzondere eigendommen moeten gaan. M. Vanderghote. Laat ons die zaak verschui ven. Wij kunnen toch niets definitief opmaken zoolang wij de technische gegevens niet bezitten. Het ware dan best dit punt voor nader onderzoek naar de Commissie van openbare werken te ver zenden. De raad stemt met deze zienswijze in en het punt wordt hierop verdaagd. XI. Mededeelingen. M. Verbeke. Op de wekelijksche markt van kiekens, duiven, enz. worden alle ambtsverrich tingen niet steeds regelmatig gedaan. De ver- koopers moeten de tekoop geboden dieren op de met dit doel geplaatste tafels tentoonstellen en een taks betalen, doch er zijn handelaars die de verkoopers regelmatig afleiden en ze trachten te overhalen om de handelsverrichtingen buiten de markt te sluiten. Dit maakt dat de andere per sonen, die de markttaks betalen, alzoo benadee- ligd zijn. M. Vanderghote. Wij zullen de politie vragen C=mL-ll=lG=ir=ll=lt=nr=if=if=ir=ir=ir=nr=ir=rif=i de 19 h. öl 23 h. in 't vervolg een oog in 't zeil te houden. M. Verbeke. Het is de bedoeling van stad het electrisch net tot aan den Verlorenhoek uit te breiden. Heeft men thans de zekerheid dat zulks zal gedaan worden M. Delahaye. Neen. Tijdens de laatste zitting heb ik gezegd dat het voorstel was de leiding tot aan de Bellewaerdebeek uit te breiden. Dit werk is aan den gang en ik heb dan gevraagd aan den Heer. ingenieur der maatschappij een voorstel te willen indienen om het net tot aan den Verloren hoek te brengen. Hij beloofde dit te doen, doch sedertdien ontvingen wij geen nieuws meer. M. Verbeke. Ik zou aan den Heer schepen willen vragen daarvoor nogmaals aan te dringen. M. Delahaye. Ja, dit werd ten andere reeds gedaan. M. Verbeke. De hovingen of eigendommen, die particulieren bij de vestingen bezitten, wor den soms beschadigd door de puinen der vestin gen die instorten. Daarvoor werd er reeds aan de stad geschreven en ik zou vragen zoo het niet mógelijk ware de ingestorte puinbrokken op te ruimen en desnoods de noodige versterkingswer- ken aan de vestingen uit te voeren om dergelijke schade te voorkomen. M. Vanderghote. Dit vraagstuk hangt af van het burgerlijk recht. Aan wien behooren de ves tingen toe langs den kant der stad. Een eigenaar heeft onlangs de vestingen, die aan zijn eigen dom palen, hersteld omdat hij er kelders in had. Behooren de vestingen toe in gemeenzaamheid aan den eigenaar der aanpalende gebouwen en aan de stad, of zijn zij ten uitsluitelijke profijte van den eigenaar Dit is een delicaat vraagstuk. M. Verbeke. Dit is dus een kwestie die nog niet met zekerheid is opgehelderd. M. Vanderghote. Zulks hangt af van het bur gerlijk recht. M. Van Alleynnes. Aan wien behoort den grond toe M. Vanderghote. Ik weet het niet. Misschien wel aan de stad. M. Van Alleynnes. De particulieren moeten toch de toestemming hebben om een kelder onder de vestingen in te richten M. Lemahieu. Het is misschien reeds meer dan 200 jaar dat die kelders bestaan. M. Vanderghote. Een feit is zeker dat die kelders reeds lang bestaan. Tegen den Staat kan men nooit geen verjaring inroepen, doch hier dat het de stad betreft, weej. ik niet zoo er geen verjaring kan ingeroepen worden voor iets dat reeds sedert meer dan 30 jaar bestaat. Ik geloof dat zulks een erfdiens^aarheid geworden is waartegen de stad niets kan doen, tenware onze voorzaten zouden beslist hebben dat men daar voor een vergoeding moest betalen, hetgeen naar ik weet althans niet het geval is. M. Verbeke. Wanneer iemands eigendom door een ander beschadigd wordt, is het toch maar redelijk dat hij hiervoor vergoed worde. M. Vanderghote. De Heer Verbeke bedoelt een specifiek geval, meen ik. Het ware beter ons dit geval te laten kennen. M. Verbeke. Er werd daarover reeds aan de stad geschreven. M. Missiaen. Hoe ver staat het thans met de kwestie der oorlogsschade voor het herstel der vestingen M. Vanderghote. Vooraleer een voorstel op te maken, begeerden wij eerst het advies te heb ben der Commissie van Monumenten. Over en kele dagen hebben wij het bezoek ontvangen van een afgevaardigde die besluit dat de herstelling der vestingen geschieden moet. Nu is het aan de stad in dien zin een voorstel te doen aan den Staat. Het schepencollege zal dus een ontwerp moeten opmaken. Moeten de vestingen nu slechts hersteld worden op de plaatsen waar zich instor tingen voordoen of moet men gansch de vestin gen herstellen zooals de Engelschen de vestingen nabij de Meenenpoort hersteld hebben Dit is een delicate vraag te weten zoo men sommige sporen van den oorlog moet behouden. In alle geval moet er besloten worden de groote scheu ren en kloven te herstellen achter de St Pieters kerk. Het is een tiental dagen geleden dat wij het bezoek van den afgevaardigde ontvingen. Wij hadden tot dan gewacht, doch men zegt ons nog niet zoo de vestingen moeten hersteld worden zooals zij voor den oorlog waren, ofwel indien men enkele sporen van den oorlog moet behou den. M. Van der Mersch. De Commissie van Mo numenten zal in 't begin van Februari bijeenko men en daarover weten te beslissen. M. Missiaen. Ik heb alleen maar willen doen opmerken dat het met het aandeel der oorlogs schade mogelijk zal zijn aan de vraag van den Heer Verbeke voldoening te geven. M. Vanderghote. Alle schade kan niet ten laste der oorlogsschade gelegd worden, er is ook wel een groot deel vetusteit. Wij zullen die kwestie verder onderzoeken. De openbare zitting wordt hierop te 19 u. 10 opgeheven.

HISTORISCHE KRANTEN

Het Ypersch nieuws (1929-1971) | 1936 | | pagina 4