VAN IJPEREN EN HET ARRONDISSEMENT.
Politiek, Nieuws-, Handels- en Annoncenblad.
Orgaan der Liberale verbintenis van Yper en het Arrondissement.
«EENDRACHT MAAKT MACHT.»
Vijftiende jaar
Zaterdag 22" Juni 1901.
Nummer 25.
Kiezerslijsten.
Abonnementsprijs voorop betaalbaar 3.00 fr. per jaar voor den buiten. 2.50 fr. voor stad. Per 6 maanden 1 fr. 50. Per 3 maanden 1 fr. Annoncen: 15 cent
jper drukregel. Rechterlijke eerherstellingen: 1 fr. per regel. Akkoord per jaar of per maand. 5 centiemen per nummer. Afzonderlijke nummers voor artikels, enz. 4 fr. per 100
Alle berichten van verkoopingen of andere bekendmakingen ten bureele dezer gedrukt worden eens gratis ingelijfd. De annoncen voor België, ter uitzondering der beide Vlaanderen, als
mede die voor het buitenland worden ontvangen door den Office de Publicité, Magdalenastraat, Brussel. Men wordt verzocht alle hoegenaamde artikels uiterlijk tegen Vrijdag middag vrij
ua onderteekend toe te zenden. Artikelen ongeteekend of personnaliteiten bevattende worden niet opgenomen.
Kieswetboek art. 54. Ieder jaar, bin
nen de twee eerste weken van Juni, in den
gewonen vorm der ambtelijke mededeelin-
gen, doet het Gollegie van Burgemeester en
Schepenen een bericht afkondigen, waarin
aan eiken burger aanzoek gedaan wordt,
vóór den lu Juli en dat tegen ontvangst
bewijs, de stukken voor te brengen van
degenen, welke, op de kiezerslijsten in voe
ge, niet ingeschreven zijn, of er vermeld
worden met een onvoldoende getal stemmen.
Die stukken moeten neergelegd worden op
het bureel van den gemeentesecretaris.
Voor alle inlichtingen des aangaande,
wende men zich in het lokaal der liberale
Associatie, herberg den Zalm, Seminarie
straat.
Voorwaarden vereiscbt om kiezer te zijn
Kiezers voor de Gemeente
1902-1903.
Algemeene voorwaarden.
Om gemeentekiezer te zijn moet men:
1° Belg van geboorte zijn of de gewone
inburgering ontvangen hebben op 1 Juli 1901.
2° Op 1 Juli 1901 sedert drie jaar zijne
wettige woonplaats hebben in de stad.
Kiezers met ééne stem.
30 jaar oud zijn op 1 Mei 1902 of be
kwaamheidskiezer zijn van 21 tot 30 jaar
oud.
a) Dragers van een diploma van kiesbe-
kwaamheid of van hooger onderwijs;
b) Van kampstrijden van het lager onder
wijs (dag- en adultenscholen).
c) Laureaten van de verschillende kamp
strijden uitgeschreven door den staat, door
de verschillende klassen der koninklijke
Academie en door die van geneeskunde
d) Van de kampstrijden van het middel
baar onderwijs (2 graden).
e) Prijzen van Rome, gouden eeremetalen
in de driejaarlijksche tentoonstellingen.
Kiezers met twee stemmen.
30 jaar oud zijn op 1 Mei 1902 en op 1 Juli
1901 eigenaar zijn sedert ten minste
a) Één jaar van onroerende goederen, voor
dewelke men in hoofdsom ten minste fr. 3,36
en niet meer dan fr. 10,49 grondlasten be
taalt
of:
b) Twee jaren, van eene inschrijving op
het grootboek der openbare schuld, ten min
ste 100 fr. rente gevende
of:
c) Twee jaren, van een renteboekje op de
spaar- en lijfrentkas onder waarborg van den
Staat, ten minsten 100 fr. rente gevende.
Alsook
a) 35 jaar oud zijn op 1 Mei 1902;
b) Gehuwd of weduwnaar met wettige af
stammelingen
c) Voor 1899 en 1901 aangeslagen zijn met
eene personeele belasting van 15 franken,
in hoofdsom en opcentiemen ten voordeele
van den Staat en deze belasting voor 1900
betaald hebben vóór 1 Juli 1901.
De personen door de wet vrijgesteld van
belasting, hebben ook recht op twee stemmen.
Kiezers met drie stemmen.
30 jaar oud zijn op 1 Mei 1902 en drager
zijn, op 1 Juli 1901 van zekere diploma's,
titels of bekrachtigde getuigschriften, of ze
kere openbare ambten, betrekkingen of ge-
priveerde bedieningen vervullen of vervuld
hebben.
of
30 jaar oud zijn op 1 Mei 1902 en op 1 Juli
1901 eigenaar zijn sedert ten minste één
jaar van onroerende goederen, voor dewel
ke men in hoofdsom ten minste fr. 10,50
grondlasten betaalt.
of
a) 35 jaar oud zijn op 1 Mei 1902;
b) Gehuwd of weduwnaar zijn met wettige
afstammelingen
c) Voor 1900 en 1901 aangeslagen zijn met
eene personeele belasting van 15 fr. in hoofd
som en opcentiemen ten voordeele van den
Staat en deze belasting voor 1900 betaald
hebben vóór 1 Juli 1901, en bovendien da
volgende voorwaarden vervullen
Op 1 Juli 1901 eigenaar zijn sedert ten
minste één jaar van een onroerend goed
(grondbelasting van fr. 3,36 tot fr. 10,49.)
Ofwel
Op 1 Juli 1901 eigenaar zijn sedert ten
minste twee jaren van eene rente van ten
minste 100 frank, (inschrijving op het groot
boek der openbare schuld.)
Ofwel:
Op 1 Juli 1901 eigenaar zijn sedert ten
minste twee jaren van een renteboekje
(spaarkas) ten minste 100 fr. rente gevende.
Kiezers met vier stemmen.
a) 30 jaar oud zijn op 1 Mei 1902;
b) Op 1 Juli 1901 drager zijn van zekere
diploma's, titels of bekrachtigende getuig
schriften of zekere openbare ambten, be
trekkingen of gepriveerde bedieningen ver
vuld hebben;
c) Eigenaar zijn van zekere onroerende
goederen of renten hierboven aangehaeld
abc der kiezers met twee stemmen.
Ofwel moet men
a) 35 jaar oud zijn op 1 Mei 1902
b) Gehuwd of weduwnaar zijn met wettige
afstammelingen
cVoor 1889 en 1901 aangeslagen zijn met
eene personeele belasting van 15 fr., in
hoofdsom en opcentiemen ten voordeele van
den Staat en deze belasting voor 1900 be
taald hebben vóór 1 Juli 1901;
Bovendien moet men
dOp 1 Juli 1901 drager zijn van zekere
diploma's, titels en bekrachtigde getuig
schriften of zekere openbare ambten, be
trekkingen of gepriveerde bediening vervul
len of vervuld hebben
Ofwel:
e) Op 1 Juli 1901 eigenaar zijn sedert ten
minste één jaar van onroerende goederen
voor dewelke men in hoofdsom ten minste
fr. 10,50 grondbelastingen betaalt.
Kiezers voor de Wetgevende Kamers
en den provincialen raad.
1. De ouderdom voor de kiezers van het
Senaat en den provincialen raad is dezelfde
als die van de kiezers voor de gemeente de
kiezers voor de kamer van volksvertegen
woordigers moeten enkel op ln Mei 1902 vijf
en twintig jaar oud zijn.
2. Om op de tegenwoordige voorloopige
lijsten te kunnen gebracht worden als kiezer
voor kamer van volksvertegenwoordiger,
senaat en provincie moest men op ln Juli
van dit jaar sedert één jaar zijn verblijf in
Meenen hebben.
3. Is men op 1 Mei 1902 vijf en dertig jaar
en gehuwd of weduwenaar met wettig erf
genamen dan heeft men eene bijgevoegde
stem wanneer men voor 1900 en 1901 aan
geslagen is met eene personeele belasting in
hoofdsom en opcentiemen ten voordeele van
den staat en deze belasting voor 1900 betaald
heeft voor 1 Juli 1901.
De personen door de wet vrijgesteld van
belasting, hebben ook recht op twee stem
men.
Een bijgevoegde stem wordt ook toege
kend aan die personen, die eigenaar zijn enz.,
zie hooger a) b) ckiezers met twee stemmen
1, 2, 3, voor de gemeente.
Twee bijgevoegde stemmen worden gege
ven aan degenen, welke op ln Juli 1901 dra
gers zijn van zekere diploma's titels en be
krachtigde getuigschriften of zekere openba
re ambten, betrekkingen of gepriveerde be
dieningen vervullen of vervuld hebben.
Voor de Gemeente worden niet meer dan
vier stemmen, voor de wetgevende kamer
en den proviuoialen raad niet meer dan drie
stemmen toegekend.
Voorwaarden van uitsluiting
Art. 20. Kunnen nooit geen kiezer meer
worden en zullen nooit meer tot de stembus
toegelaten zijn
1° Al wie tot eene lijfstraf veroordeeld
werd
2° Wie een ontuchthuis houdt of gehou
den heeft, of wie veroordeeld werd voor het
houden van geheim ontuchthuis, alsook de
personen die als bijloopers van openbare
vrouwen ter beschikking van het staatsbe
stuur gesteld werden.
3. Wie voor slecht gedrag of ontrouw de
voogdij ontnomen werd of van de vaderlijke
macht beroofd.
Art. 21. Zijn in hun kiezersrecht opge
schorst en kunnen binst den duur van de
onbekwaamheid ter stembus niet toegelaten
worden
1° Wie in staat is van rechterlijk ontzeg
en de opgeslotene zinneloozen
2° Wie veroordeeld werd tot ene gevang
zitting van minstens acht dagen uit hoofde
van diefstal, verheeling, misbruik van ver
trouwen, aftroggelarij, valschheid, gebruik
van valschheid, valschen eed, omkooperij
van getuigen, van deskundigen (esperten of
van vertalers, bedriegelijke banbreuk of om
reden van een der misdrijven voorzien door
de artikelen 372 tot 382, 387 tot 391, 454
en 455 van het strafwetboekaanslag tegen
de eerbaarheid en verkrachting; verleiding
tot ontucht of zedebederf der jeugdover
spel en dubbel huwelijk; waren verval-
schen, zulke waren met kennis verkoopeu
of te koop stellen, stoffen leveren en weten
de dat zij moeten dienen om voedende zelf
standigheden of waren derwijze te vervai-
schen dat zij van aard worden den dood
te veroorzaken of de gezondheid ernstig te
krenken
De onbekwaamheid eindigt tien jaar
na de veroordeeling, zoo de straf minder is
dan eene maand, en twintig jaar, wanneer
de straf minstens eene maand is
3° Wie, buiten de gevallen in voorgaande
nummer voorzieD tot eene gevangzitting van
minstens eene maand veroordeeld werd.
De onbekwaamheid eindigt vijf jaar na
de veroordeeling; zij eindigt tien jaar na de
veroordeeling, wanneer de veroordeeling
minstens zes maanden is, en nadien wan
neer de straf minstens een jaar is.
Zij is niet toepasselijk op de veroordeelden
uit hoofde van de artikelen 242, (ontvreem
ding of vernieling van lijfstraffelijke rechts
vorderingen) 263, (akten van den burgerlij
ken stand of losse bladen inschrijven) 283
en 285 (verbreking van zegels, bij bevel der
openbare overheid gelegd) 294 en 295 2,
(onderbreking of vertraging van den dienst
voor rekening van het leger of van het zee
wezen door de leveraars), 319 tot 321 (vee
ziekten niet bekend maken of de aangetaste
dieren niet opsluiten of afzonderen) 361 (de
niet verklaring van eene bevalling) 362 (een
gevonden nieuwgeboren kind, binnen de 3
dagen aan den burgerlijken stand niet heb
ben overgebracht) 419 tot 422 (onvrijwillig
den dood veroorzaakt voor onvoorzich
tigheid of uit gebrek aan voorzorg slagen
of kwetsuren doen ontstaan onvrijwillig
eene ziekte veroorzaakt voor het opdienen
van zelfstandigheden, van aard den dood toe
te breDgen of de gezondheid ernstig te kren
ken. Oorzaak dat er aan den trein van
den ijzerenweg een ongeval gebeurt, en 519
(oorzaak zijn van den brand van eens anders
roerende of onroerende eigendommen...) van
het strafwetboek en uithoofde der artikelen
333 en 334 (ontvluchting der gevangen voor
wie met hunne bewaking belast was, voor
zooveel het gevallen zijn van onachtzaam
heid.
In geval van eene tweede of nog latere
veroordeelingen, uitgesproken binst* den duur
van de onbekwaamheid voortvloeiende uit
de vroegere veroordeeling, de duur van de
onbekwaamheid in nrs 2 en 3° voorzien is
op het dubbel gebracht en dat uit hoofde van
iedere veroordeeling. Deze onbekwaamheid
wordt gevoegd bij de eerste opgeloopene
onbekwaamheid.
Is de veroordeeling maar voorwaardelijk,
de onbekwaamheid is opgeschorst.
Wordt door eene latere veroordeeling, de
voorwaardelijke veroordeeling uitvoerbaar,
de duur van de opschorsing van het stem
recht begint met den dag van de nieuwe
veroordeeling. Brengt deze veroordeeling
ook opschorsing mede, de duur van dezen
wordt op het dubbel gebracht en wordt ge
voegd bij den duur van de onbekwaamheid
die vooruitspruit uit de vroegere veroor
deeling.
4° Degenen, welke veroordeeld werden
uit hoofde der inbreuken voorzien in de ar
tikelen 342 tot 345 van het strafwetboek
wanbedrijven tegen de openbare veiligheid
door landloopers of bedelaars begaan).
De onbekwaamheid eindigt twintig jaar
na de veroordeeling.
5° Wie niet voldaan heeft aan de militie-
wet.
De onbekwaamheid eindigt, wanneer hij
ten volle 35 jaar bereikt heeft.
6° Wie tot de militaire afzetting veroor
deeld werd of krachtens de wet van 15 Juni
1836 zijn graad van oflieier ontnomen is
geworden.
De onbekwaamheid eindigt tien jaar na
de veroordeeling of na de dagteekening van
het koninklijk besluit, den officier van zijnen
graad beroovende.
7° Wie voor slecht gedrag uit het leger
gezonden werd.
De onbekwaamheid eindigt tien jaar na
de wegzending.
HET WEEKBLAD